Op de stage in Belek kunnen de Team Belgium atleten beroep doen op verschillende experten. Hieronder ook een team van maar liefst elf sportkinesitherapeuten. De eerste opdracht van Maarten Thysen dateert al van de Spelen van Peking 2008, toen specifiek voor atletiek. Hij heeft de omkadering binnen Team Belgium zien professionaliseren en uitbreiden vanop de eerste rij. De hoogste tijd om hem aan het woord te laten over zijn olympische ervaring als kine binnen Team Belgium.
“Onze rol als sportkinesitherapeut is het gezond houden van de atleet. De gezondheid primeert. Ons doel is om de atleet blessurevrij aan de start te krijgen. Daarnaast zijn we er ook om de context rond de atleet zo rustig mogelijk te houden. De Spelen kunnen een heel stressvolle omgeving zijn. Als de prestatiedruk heel hoog is, kan die omgeving ‘overwhelming’ zijn.”
“Als kine ervaar ik een enorm grote evolutie richting proactief en preventief werken. We werken ook veel minder in silo’s, maar juist interdisciplinair. Dat is zeker de grootste evolutie die ik zelf ervaar sinds 2008.”
Een team binnen het team
“Binnen de omkadering van Team Belgium vind je heel wat profielen zoals mental coaches, voedingsdeskundigen, artsen en fysiologen. We zitten hier regelmatig samen om meningen te delen. Dezelfde taal spreken als het aankomt op advies richting coach en atleet is zeer belangrijk. Als een atleet bijvoorbeeld een bepaalde periode gerevalideerd heeft en fysiek klaar is voor competitie, maar aangeeft niet voluit te durven gaan, moeten we overleggen om te bekijken of het wel nuttig is om onmiddellijk terug richting prestaties te gaan.”
“Ons team hier in Belek telt elf sportkinesitherapeuten, die ook in de dagelijkse werking en begeleiding van atleten een belangrijke rol spelen. Hier zetten we verder in op het bouwen van structuren. Maar de grote meerwaarde dat we hier samen zijn is dat we op rotatie kunnen werken. Zo kunnen we de Spelen zo voorspelbaar mogelijk maken, dat iedereen verschillende sporten en de atleten kan leren kennen. Want als ze op de Spelen zijn, en er zou een moment zijn dat de vertrouwde kine vanuit de dagelijkse werking er niet zou zijn, dat de andere collega toch de meest optimale ondersteuning kan geven. Dit noemen we het ‘cover-and-move principe’. Het is teamwork. En we starten de dag door samen te sporten. Je kan maar de beste zorg voor een ander geven als je goed voor jezelf zorgt.”
“Wat we hier doen als team kunnen we samenvatten in drie belangrijke pijlers. Een eerste aspect is het excelleren in teamwerk. Het tweede is om de atleten te leren kennen: het profileren van de atleet. Door het doen van testen en screenings kunnen we risicofactoren, die zouden kunnen leiden tot een letsel, en eventuele klachten of symptomen vroegtijdig opsporen. En het derde luik is het voorzien van optimale recovery en behandelingen. Waar de trainer verantwoordelijk is voor de trainingsbelasting zij wij er achteraf om de atleet beter te laten herstellen. Dat gaat van manuele therapie recuperatietechnieken tot actieve revalidatie bij sportletsels.
Technologie en het belang van data
Een andere dynamiek in de professionalisering van de omkadering van de atleten is het belang van data. “Data zijn gewoon cruciaal. Ze dienen bijvoorbeeld om een profiel van atleten op te maken. Dit doen we op basis van screenings. Via die data kunnen we tendensen zien in de ontwikkeling van atleten gedurende periodes. Zo kunnen we atleten goed opvolgen en de trainingsbelasting monitoren. Dat laat ons toe om de trainer te ondersteunen, adviseren of helpen om de belasting aan te passen. Uiteraard is dit een ‘coach-driven support’, waarbij de coach in de cockpit blijft.”
“Topsport gaat zo snel vooruit. Het is een uitdaging die ons scherp houdt, want we moeten constant voorblijven rond het gebruik van de nieuwste technologieën. Het gaat daarbij niet alleen om harde, objectieve cijfers: ook subjectieve data zijn belangrijk. Zo bevragen we de atleten wekelijks op hoe zwaar ze de voorbije week ervaarden. Het kan bijvoorbeeld zijn, als een atleet examen heeft, dat die de load op dat moment heel hoog vond. Ook hier kunnen we tendensen zien om opvolging te doen, zoals altijd, ter ondersteuning van de coach.”
Voor deze opvolging maken de kinesitherapeuten ook gebruik van het Panega-platform. Dit platform ondersteunt de communicatie tussen de verschillende sporten met medische omkadering zoals artsen en kinés. Het gaat hierbij voornamelijk om ‘injury surveillance’, dus het opvolgen van letsels. Zodanig dat, stel als een kiné er niet bij kan zijn op de Spelen, dat we toch op de hoogte zijn van welke letsels er tot nu toe zijn geweest. Zo kunnen we de trajecten verder doorlopen. Het is onze taak om die connecties te maken met die kinés die de dagelijkse opvolging doen en dat kan via dat platform.”
Team Belgium
“Waarom ik voor Team Belgium heb gekozen? Eigenlijk zijn het de atleten die ons kiezen, door met ons te werken en ons te vertrouwen, waar we zeer dankbaar voor zijn. Uiteraard is er ook de fierheid; het is een eer om ten dienste te staan van de Belgische atleten. Zolang de atleet voor ons team kiest en zolang dit mijn passie is, zal ik dit met heel veel plezier blijven doen, altijd met het doel om atleten beter en beter te ondersteunen.”
Naast Maarten Thysen bestaat het team van kinesitherapeuten in Belek uit: Vincent Callewaert, Kristien Depluverez, Ellen Jacobs, Kathelijn Polspoel, Laura Quirin, Val Smidt, Hans van Alphen-OLY, Styn Vereecken, Didier Verhasselt en Grégory Vervloet.