Met drie weken vertraging beginnen de Belgische shorttrackers vrijdag aan de laatste klus van het seizoen. Het gaat om de wereldkampioenschappen in het Canadese Montreal. De Internationale Schaatsfederatie (ISU) besloot het toernooi vanwege de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne te verschuiven.
Dat dwong bondscoach Pieter Gysel tot improvisatie. Met Hanne en Stijn Desmet vertrok Gysel al een week geleden voor een kort trainingskamp naar Calgary, een van de weinige plekken waar eind maart veilig op de korte binnenbaan kan worden geschaatst. Broer en zus Desmet doen alles samen met de Nederlandse selectie, die in eigen land niet meer kon trainen. Na 20 maart was er geen ijsbaan in Nederland meer beschikbaar.
De vijf andere Belgische schaatsers,Tineke den Dulk, Ward Pétré, Rino Vanhooren, Warre Van Damme en Enzo Proost, bleven met coach Steven Peeters in Hasselt en reisden deze week rechtstreeks naar Montreal. Een week voor vertrek naar Canada pakten Vanhooren en Den Dulk in Hasselt nog de nationale titels mee; Van Damme zegevierde bij de junioren.
In de Maurice Richard Arena in Montreal is het gezelschap herenigd. Voor het eerst sinds lang treedt er tijdens de wereldtitelstrijd een mannenaflossingsploeg aan. In de wereldbekerreeks van het afgelopen najaar eindigde België als tiende. Acht landen kwalificeerden zich. Maar omdat Japan heeft afgezegd en Rusland is uitgesloten, kwam er een plek vrij.
Hanne Desmet bewaart goede herinneringen aan de tweede plaats die ze een jaar geleden op de 1.000 meter in Dordrecht tijdens de wereldtitelstrijd behaalde. Bovendien heeft Desmet veel zelfvertrouwen gekregen door het brons dat ze bij de Olympische Winterspelen in Peking op die afstand veroverde.
Broer Stijn heeft in Montreal iets goed te maken, omdat zijn prestaties op de Spelen ietwat onder de verwachtingen bleven.
Belga